Waarom verliezen veel bomen hun bladeren?
In de herfst kleuren veel bomen geel, oranje of rood en laten daarna hun bladeren vallen. Dit lijkt misschien zonde, maar voor de boom is het een slimme overlevingsstrategie. In ons klimaat wisselen de seizoenen sterk. De winter is koud, donker en vaak droog. Voor een boom is dat een stressvolle periode waarin fotosynthese veel minder efficiënt is.
Bladeren zijn kwetsbare structuren. Ze verdampen water, kunnen bevriezen en lopen makkelijk schade op door sneeuw en wind. Door zijn bladeren af te werpen, vermindert een loofboom het oppervlak waarlangs water verloren kan gaan. De boom kan zo als het ware in een soort ruststand gaan en wachten tot de omstandigheden in het voorjaar weer gunstig zijn.
De rol van daglengte en hormonen
Het proces begint wanneer de dagen korter worden. Sensoren in de bladeren registreren de afnemende daglengte en sturen signalen naar de rest van de boom. Plantenhormonen zoals auxine en ethyleen veranderen van verhouding, waardoor de boom het signaal krijgt om zich voor te bereiden op bladval. Aan de basis van elk blad vormt zich een kurklaagje dat de verbinding tussen blad en tak langzaam afsluit. Uiteindelijk komt het blad los en valt het op de grond.
Waarom blijven sommige bomen het hele jaar groen?
Toch verliezen niet alle bomen hun bladeren. Naaldbomen zoals den, spar en lariks, maar ook sommige struiken, blijven groen in de winter. Deze zogenaamde groenblijvers hebben hun bladeren aangepast aan koude en droogte. Naalden zijn klein, dik en hebben een waslaagje, waardoor ze veel minder water verliezen dan brede loofbladeren.
Dankzij die aanpassingen is het voor groenblijvende soorten wél rendabel om in de winter een basisniveau van fotosynthese vol te houden. Op zonnige winterdagen kunnen ze gewoon doorgaan met het omzetten van licht in energie, terwijl loofbomen in rust blijven en wachten op de lente.
Is groenblijvend altijd een voordeel?
Groenblijven heeft ook nadelen. Naalden kosten meer energie om te maken en de boom draagt ze meerdere jaren. Als een groenblijvende boom te veel naalden verliest door vraat, luchtvervuiling of extreme droogte, is de schade groot. Loofbomen kunnen daarentegen elk jaar opnieuw een volledig bladerdak opbouwen, wat hen flexibel maakt in veranderende omstandigheden.
Wat gebeurt er met de gevallen bladeren?
De bladeren die op de grond vallen, verdwijnen niet zomaar. Ze vormen een strooisellaag waarin insecten, pissebedden, wormen en schimmels het materiaal langzaam afbreken. Daarbij komen voedingsstoffen vrij, zoals stikstof en fosfor, die terug in de bodem en uiteindelijk weer in de boom terechtkomen. Bladval is dus een vorm van recyclage binnen het bos.
Voor veel dieren is de strooisellaag bovendien een belangrijke schuilplaats. Egels, kevers, spinnen en tal van andere soorten gebruiken de bladeren als bescherming tegen koude en tegen roofdieren. Wat wij zien als rommel op de grond, is in werkelijkheid een essentieel onderdeel van het bosecosysteem.