Uiterlijke kenmerken van dennen- en sparrenbomen
Hoewel dennen- en sparrenbomen op het eerste gezicht veel op elkaar kunnen lijken, zijn er duidelijke verschillen te ontdekken als je weet waar je op moet letten. Een van de meest zichtbare kenmerken zijn de naalden. Dennen hebben lange, zachte naalden die meestal in groepjes van twee, drie of vijf aan de takken groeien. Sparren daarentegen hebben korte, scherpere naalden die afzonderlijk aan de takken zitten. Ook voelen sparrennaalden vaak wat stugger aan dan die van dennen.
De vorm van de boom zelf verschilt eveneens. Dennen hebben vaak een lossere kroon met wijd uitstaande takken, terwijl sparren een strakkere, meer kegelvormige vorm hebben. De bast is ook een verschilpunt: bij dennen is deze meestal ruw en dik met diepe groeven, terwijl de schors van sparren meer schilferig is.
Kegel- en groeigedrag
Een opvallend verschil tussen beide boomsoorten is te zien in hun kegels. De kegels van een spar groeien recht naar beneden en vallen in hun geheel van de boom. Bij dennen blijven de kegels vaak langer hangen en vallen ze pas wanneer ze volledig gerijpt zijn. De dennenkegels groeien bovendien rechtop aan de takken, in tegenstelling tot die van de spar, die naar beneden hangen.
Wat ook opvalt, is het groeigedrag. Dennen kunnen goed tegen droge, voedselarme bodems en zijn vaak te vinden in zandige gronden. Sparren groeien liever op vochtige, voedselrijke grond en zijn gevoelig voor wind en droogte. Daardoor zijn sparren vooral te vinden in vochtige bossen of op beschutte plaatsen, terwijl dennen ook op open velden of duinen goed kunnen gedijen.
Gebruik en ecologische rol
Beide bomen spelen een belangrijke ecologische rol in het bos. Ze bieden schuilplaatsen voor vogels en zijn voedselbron voor insecten en andere dieren. De bloemen en zaden van de bomen trekken onder andere eekhoorns en spechten aan. Beide soorten worden ook gebruikt in de houtindustrie, maar het hout van dennen is doorgaans zachter en wordt veel gebruikt voor constructiehout en meubels. Sparrenhout staat bekend om zijn resonantie-eigenschappen en wordt vaak gebruikt voor muziekinstrumenten zoals violen en gitaren.
In de kerstperiode speelt vooral de spar een prominente rol als kerstboom, vanwege de symmetrische vorm en de stevig vastzittende naalden. Dennen verliezen hun naalden sneller, waardoor ze minder populair zijn als kerstboom, maar ze vinden juist weer veel toepassing in tuinen en landschapsarchitectuur.